Een aanrader vond ik dit boek van Lilian Blom. Het is het tweede boek dat ik van deze schrijfster las (het eerste was De Tuinkamer) en dat zegt natuurlijk al wat. Had ik het eerste boek niet goed gevonden, was ik aan dit boek niet begonnen.
Het gaat over Koos, een oude vrouw die in een verpleeghuis zit. Ze is een sterke vrouw, altijd zelfstandig geweest, maar nu afhankelijk van de verzorging en ook wel van haar vier kinderen. Haar geest is nog zeer scherp en Koos kan behoorlijk dwars liggen. De kinderen vinden een trommel met papieren en foto's en willen meer van hun moeder weten over de periode van oorlog en verzet. Daar is altijd over gezwegen. Min of meer dwingen ze hun moeder over het verleden te vertellen, waardoor oude nachtmerries en pijnlijke herinneringen in volle hevigheid terugkeren.
De overleden man van Koos was Joods en haar schoonfamilie is omgekomen in een concentratiekamp. Het schilderij dat je op de voorkant van het boek ziet, zou geschilderd zijn door Jozef Israels en stelt de schoonmoeder van Koos voor. Nadat de familie was weggehaald wilde een buurvrouw dat schilderijtje uit het lege huis stelen, maar daar heeft Koos een stokje voor gestoken door het mens met een menora op haar kop te timmeren. Koos ligt nu naast die vrouw in het verpleeghuis. Dènkt ze.
Koos is sterk, dwars en humoristisch. En dat maakt het boek prettig om te lezen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten