Toch, als je iets wilt zien, moet je er wat voor over hebben en dus gingen we met de trein naar Deventer en vandaar, vanaf het station, met de bus naar Gorssel. Daar stopt de bus dan weer zowat voor de deur van het museum.
Het viel mee. Eigenlijk was het een flitsende reis. Heerlijk om dat te weten nu en om er een vrije reisdag voor te gebruiken in de toekomst.
Enfin, we gingen voor de tentoonstelling van het werk van de vier Zwitserse broers Barraud: Francois, Aimé, Charles en Aurèle.
Zo bijzonder dat ze allemaal konden schilderen en dat ook deden. Ik had hiervoor nog nooit van de Barrauds gehoord, maar ik ga ze niet meer vergeten, zo veel is zeker.
Vrouw die brood snijdt voor de soep, Francois Barraud, 1933. |
De geheimzinnige vrouw, Francois Barraud, 1931 |
Er was nog veel meer te zien, maar ik zal niet langer doorgaan, want de expositie is helaas afgelopen. Met Museum More is het gelukkig niet afgelopen.
Dat moet zo blijven.
Ik heb me staan te ergeren aan een vrouw die gewoon een beetje ruzie stond te maken aan de balie, omdat ze bij moest betalen hiervoor, terwijl ze al een museum-jaarkaart had.
't Is niet dat ik haar niet begreep en ik heb ook makkelijk praten, maar ik begrijp de andere kant ook. Zo'n mooi museum met geweldig mooi werk, moet wel blijven bestaan en dat kost wat. Ik heb niet het idee, dat winst maken het oogmerk is.
Ik ben zelf iemand die zich nog al eens kwaad maakt over het een en ander, maar om dat daar nou zo tegen die baliemeneer te uiten vond ik niet zo handig.
Van wat er nog meer was... laat ik morgen ook nog wat zien. Want... daar was Charlotte Caspers weer