Aan de binnenkant van de deur van onze meterkast, hangt, al sinds 1981, deze sticker.
Ik wilde hem er ooit afhalen, maar dat is niet gelukt zoals je ziet.
1981: De grote demonstratie tegen kernwapens in Amsterdam. Vierhonderdduizend mensen op de been.
Onze oudste zoon was nog een baby en ik vond dat ik moest demonstreren. Tegen kernwapens. Voor ons kind.
In de tijd tussen toen en nu heb ik nog wel eens gedemonstreerd. Dat was altijd voor iets dat met onderwijs te maken had. Wat precies dat kan ik me niet meer zo goed herinneren. Kleinere klassen, meer geld voor...
Ik weet het niet meer. In ieder geval ook een keer op het Malieveld in Den Haag. (En eerlijk gezegd, dat waren ook gewoon leuke dagen)
Maar nu is het anders. We zien het met ons allen totaal mis gaan in de wereld.
Er zijn alleen maar afschuwelijke gebeurtenissen. Lijden van zoveel mensen. En ook in Gaza.
Ik voel me de hele tijd totaal machteloos. En ik dacht dit is iets wat ik kan en dan dus ook maar moet doen.
Demonstreren!
Dus ik ging naar de kringloop en kocht een rood bloesje.Mijn man had nog een rode broek en daar gingen we.
Met de trein naar Den Haag!
Veel te vroeg, in de trein zat welgeteld één andere 'rooie'.
Maar in Den Haag werd het toch al wat roder en zo hadden we tijd om wat rond te lopen en mensen én bordjes te bekijken.
Vanaf een uur of twaalf werd het drukker en drukker én roder en roder ... Er zijn naar schattting 150.000 mensen geweest. Honderdvijftigduizend!
We moeten maar hopen dat onze demissionaire premier ons inderdaad gezien en gehoord heeft, zoals hij zei.
'Jullie staan ook op de foto', grapte onze zoon die deze foto stuurde.
Enfin, de sfeer was goed, heel goed, rustig en bijna gezellig.
Er was een podiumprogramma voor aanvang van de mars. De toespraak van de Joodse Miriam Guttmann vanaf dat podium was voor mij een hoogtepunt, waarbij ik tranen in mijn ogen kreeg.
En ook van deze demonstrant waar ik een praatje mee maakte was ik onder de indruk. En van zijn bord waarvan ik de voor- en achterkant toon.
En toen begon 'Het trekken van de Rode Lijn'.
Wij liepen, nadat we het Malieveld konden verlaten en dat duurde lang, de tocht niet helemaal uit.
Er dreigde wat treinoverbelasting op de terugweg en mijn man moest op tijd terug zijn om met zijn koor te zingen.
Het is goed afgelopen en ik ben blij dat we gegaan zijn.